Wie goed kijkt, ontdekt aan twee kanten het tracé van de oude zomerbaan van ’s-Hertogenbosch naar het oosten. Een zomerbaan was een zandweg waarvan men alleen tijdens de droge perioden van het jaar gebruik kon maken.
Hier staan we bij een punt waar eens een zomerbaan liep. Een zomerbaan of -weg is een binnenweg die alleen maar in droge perioden van het jaar – dus doorgaans in de zomer – bruikbaar was. In de andere seizoenen werd de belangrijke verbindingsweg waaraan een zomerbaan meestal parallel liep door de reizigers gebruikt. Ruim twee eeuwen geleden was die belangrijke weg ‘De Graafse Heerbaan’; deze weg kan vergeleken worden met de huidige A59 die hier vlakbij loopt. Onder Nuland bij het landgoed ‘Heij en Weij’, ten noordoosten van het huidige Autotron, liep de zomerbaan in zuidwestelijke richting door het Nulandse Broek en het Rosmalense Broek ofwel Het Vinkel. Het intussen door begroeiing versmalde pad, komende van de Veedijk naar de plek waar we nu staan, was een voortzetting van de zomerbaan. Hetzelfde geldt voor het smalle, geasfalteerde stukje laan parallel aan de Lijsterbeslaan dat vanaf dit punt is te zien. In westelijke richting volgde de baan nagenoeg het tracé van de huidige Peter de Gorterstraat, vroeger ‘Oude Baan’ geheten. Bij Coudewater kruiste de baan de Berlicumseweg (‘Kloostersteeg’) en ging verder richting Hinthamse Dijk en ‘s-Hertogenbosch. In tegenstelling tot de in 1814 opgehoogde Zoggelse Zomerbaan – die vanaf Heesch tot aan de Veedijk (‘Weg van Berlicum naar Nuland’) liep – en waarvan een en ander is gedocumenteerd, is er van ‘onze’ oude zomerbaan nauwelijks iets bekend. Of de stenen, die men hier en daar nog op het ruige gedeelte van het bospad aantreft, een spoor van de zomerbaan van 1796 zijn, is zeer twijfelachtig; zomerbanen werden immers gewoonlijk als zandwegen omschreven.
< Vorige bord | Volgende bord >
Plattegrond:
De 12 borden zijn op de volgende plekken te vinden: